Om elektriciteit te verkrijgen op bepaalde punten in uw woning, is het aanleggen van één simpel kabeltje niet voldoende. Nee, bij elektra aanleggen komen in totaal vier draden kijken. Deze draden hebben allemaal een verschillende kleur. Bij het aanleggen van elektra is het zaak om de verschillende draden op de juiste manier aan te sluiten. Anders werkt een stopcontact bijvoorbeeld niet. Komt u er niet uit? Twijfel niet om een elektricien in te schakelen. De volgende kleuren zijn te onderscheiden:
Geel/groene draad
De geel/groene draad is de aarde en bevat in normale situaties nooit spanning. Bij een verhoogde spanning kan deze draad wel onder spanning komen, waardoor de aardlekschakelaar in uw meterkast omslaat. Tot 1970 was de aardedraad wit of grijs
Bruine draad
Alleen deze draad hoort bij het aanleggen van elektra onder spanning te staan. Deze draad voorziet de elektrische apparatuur dus van stroom. Er hoort geen spanning op de andere draden te staan. Dit kunt u controleren met een spanningsmeter. Vroeger was de fasedraad groen van kleur.
Blauwe draad
Deze draad, ook wel nuldraad genoemd, is meestal gekoppeld aan de geel/groene draad. De blauwe draad zorgt ervoor dat de stroom afgevoerd wordt. Evenals de fasedraad is het van belang dat u deze nooit met uw blote vingers aanraakt.
Zwarte draad
Deze kleur draad wordt gebruikt om verbindingen te maken. Dankzij deze draad is het mogelijk om een lamp met een schakelaar te bedienen. Hierdoor is de zwarte draad eigenlijk te zien als verlengstuk van de bruine draad.